← #nieuws

14 miljard euro subsidie voor fossiele plastics, dat kan beter! 

, ,

Het Kabinet schat dat de Nederlandse overheid jaarlijks maar liefst 14 miljard euro aan belastingvoordeel geeft op olie die gebruikt wordt voor de productie van plastics. Dit blijkt uit een inventarisatie die het Kabinet als onderdeel van de Miljoenennota heeft uitgevoerd en die al in handen is van De Volkskrant. Wat hollandbio betreft, illustreert dit astronomische bedrag de kansen voor biotech en een duurzame toekomst – want hoe veel sneller kunnen we die van de grond krijgen op het moment dat we dat belastingvoordeel inzetten voor de productie van duurzame, biobased plastics?  

De disruptieve technologieën die niet alleen fossiele grondstoffen in veel gevallen overbodig maken, maar ook nog weinig tot geen schade toebrengen aan mens en milieu, zijn al lang ontwikkeld. Zo maakt biotechnologie het mogelijk om met behulp van micro-organismen duurzame plastics te produceren uit afval en reststromen, direct uit CO2 en zonlicht, of uit CO2 en duurzame waterstof. Aan het einde van de levenscyclus van deze producten, kun je die recyclen in nieuwe plastics of via industriële compostering (de gft-bak) omzetten in voeding voor planten. En dat alles zonder schadelijke microplastics achter te laten in het milieu. Deze nieuwe biobron is onmisbaar binnen de transitie naar een circulaire economie, of het nu gaat om de maakindustrie, kunststoffen, de bouw of om biomassa. 

De 14 miljard euro die de Nederlandse overheid jaarlijks misloopt aan vrijstellingen aan accijns op olie voor de productie van plastics, kunnen we dan ook beter en duurzamer inzetten. Want disruptieve oplossingen, zoals die uit de biotech, lopen continu tegen het ongelijke (subsidie)speelveld aan, waardoor zij de concurrentie met conventionele, fossiel-gebaseerde toepassingen minder goed aankunnen. Wat onze sector nodig heeft, is het stimuleren van verdere opschaling van de productiecapaciteit, het creëren van meer vraag in de markt via bijvoorbeeld een verplicht aandeel bioplastics in de totale productie, minder subsidies voor fossiel-gebaseerde toepassingen en stimulerende wetgeving van lab tot maatschappij en consument.